#NR.2 #DECEMBER2024
3x multidisciplinair
Multidisciplinair onderwijs versterkt verbondenheid
In multidisciplinair onderwijs werken studenten vaak in teams met verschillende (studie-) achtergronden. Dit stelt hen in staat verschillende perspectieven te leren begrijpen en met elkaar samen te werken. Als studenten merken dat hun bijdragen gewaardeerd worden, ongeacht hun vakgebied, kan dit bijdragen aan hun gevoel van verbondenheid met de groep. Ook leidt het tot een groter gevoel van gezamenlijke verantwoordelijkheid. Steeds vaker weten onderwijsinstellingen in de zorg elkaar te vinden. Hier vind je drie inspirerende voorbeelden van projecten waarin multidisciplinariteit centraal staan.
Tekst: Joke van Rooyen
1. IPE-programma Amsterdam
‘Je hoort bij een opleiding die ook bij andere opleidingen hoort’
In deze video vertellen enkele studenten hoe ze interprofessionele samenwerking bij het vrouw-kindcentrum Amsterdam UMC ervaren en wat ze ervan leren. Ook Vincent Geukers, universitair hoofddocent IPE in Amsterdam UMC, komt aan het woord en schetst achtergronden van interprofessioneel samenwerken en leren (IPE). De gezondheidszorg is in transitie met zorgvragen van toenemende complexiteit, die vragen om integrale en interprofessionele samenwerking van zorgprofessionals. Het vierjarige IPE-programma Amsterdam bereidt alle 2.500 zorgstudenten van onze opleidingen voor op hun toekomstige rol als interprofessioneel functionerende zorgprofessional binnen het welzijnsdomein en de gezondheidszorg van de toekomst. De deelnemende opleidingen aan het programma zijn geneeskunde (Universiteit van Amsterdam), verpleegkunde, fysio-, oefen- en ergotherapie (Hogeschool van Amsterdam). Op IPE-leerwerkplekken op de werkvloer kunnen studenten van andere opleidingen ook meedoen.
2. Minor Waardevol en Betaalbaar Innoveren
Leertraject met multidisciplinaire aanpak
De minor Waardevol en Betaalbaar Innoveren, een minor waarin studenten van uiteenlopende studierichtingen onderzochten wat een innovatie oplevert en hoe je er en verdienmodel van kunt maken. De waarde van de minor ligt in een opgavegerichte aanpak (wat is ervoor nodig om innovaties te doen slagen?) In plaats van een aanbodgedreven aanpak (geïsoleerde kennis uit aparte kennisgebieden). Deze opgavegerichte insteek impliceert een interdisciplinaire aanpak die aanzet tot kijken over de grenzen van het eigen vakgebied heen. Zo werken bijvoorbeeld studenten uit het domein van gezondheid/welzijn samen met studenten commerciële economie. In deze video vertellen studenten en de initiatiefnemers hoe dat werkt:
Wienand Remkes, programmamanager HAN en een van de initiatiefnemers van deze minor: “Met deze minor wilden we een leertraject aanbieden dat studenten goed positioneert voor de arbeidsmarkt, vooral op het gebied van innovatie in zorg en welzijn. Eigenlijk waren we net iets te vroeg met het aanbieden van deze minor. De sector zorg en welzijn bleek er om diverse redenen nog niet helemaal klaar voor. Wel merkten we dat studenten zeer enthousiast waren over de multidisciplinaire aanpak. Ze vonden het heel leerzaam om een kijkje te nemen buiten het eigen studieterrein en ze kregen daardoor een beter beeld van de context waarin ze navigeren. Ze leerden dat ze elkaars kennis nodig hadden om echt resultaten te bereiken die impact hebben. Ook voelden ze zich meer verbonden met studenten van andere vakgebieden en ervoeren ze meer verantwoordelijkheid voor de opdracht.”
Wienand Remkes, programmamanager HAN
De minor Waardevol en Betaalbaar Innoveren wordt inmiddels niet meer aangeboden, maar heeft wel een vliegwieleffect veroorzaakt. Lilian Beijer, lector Digitale Transformatie in de Revalidatiezorg en leading lector Fair Health aan de HAN: “De positieve ervaringen met de multidisciplinaire aanpak in deze minor zijn onder meer meegenomen bij het ontwikkelen van andere minors, posthbo- en PD-trajecten én bij de nieuwe master Transitie naar Gezondheid en Welzijn, waarbij transdisciplinair samenwerken centraal staat in een opgavegerichte benadering van ‘wicked problems’ in zorg en welzijn (zoals de zorg voor het toenemende aantal kwetsbare ouderen in hun thuisomgeving).”
Lilian Beijer lector Digitale Transformatie in de Revalidatiezorg en leading lector Fair Health aan de HAN
Bij transdisciplinariteit zijn er naast studenten of academici ook andere (maatschappelijke) partners betrokken bij het onderzoeken van een complexe vraag. De problemen in de zorg zijn multidimensionaal, dus de oplossingen vereisen dan ook een samenspel van de diverse betrokken domeinen. Denk bijvoorbeeld aan co-creatie tussen studenten en gemeentes, bedrijven of andere maatschappelijke organisaties. Het draait om het bij elkaar brengen van kennis uit wetenschap én praktijk om bijvoorbeeld tot een integrale aanpak of oplossing te komen die maatschappelijk relevant is. Lilian: “Deze integrale, opgavegerichte aanpak is complexer, maar geeft ook meer uitdaging. Studenten kunnen zelf een actieve rol hebben in het bedenken van oplossingen. Daarbij vormen, mede in het licht van passende zorg, vragen en wensen van cliënten, burgers of patiënten het uitgangspunt van oplossingen. Wat hebben zij nodig en hoe kunnen we daar de best mogelijke oplossing voor vinden? Deze manier van studeren en werken leidt niet alleen tot meer verbinding tussen studenten met zeer verschillende achtergronden onderling, maar ook tussen studenten en degenen voor wie zij oplossingen bedenken.”
De aanvraag tot goedkeuring van deze master ligt bij de NVAO. Afhankelijk van wanneer de goedkeuring volgt, zal deze master vanaf september 2025 of uiterlijk februari 2026 worden aangeboden aan studenten van vier Hogescholen in Rotterdam, Den Haag, Arnhem en Nijmegen, en Saxion.
3. HGZO-congres
Docenten en opleiders investeren in social belonging
Ook voor onderwijsprofessionals is de ontmoeting met collega's van andere disciplines en onderwijsinstellingen van betekenis. Bijvoorbeeld tijdens het HGZO-congres. Daar ontmoeten opleiders en in dit geval docenten (opgeleid aan Amsterdam UMC Academie en de VU) en docenten afkomstig uit verschillende disciplines en onderwijsinstellingen (zoals universiteiten en hogescholen) elkaar. Ze investeren daar in hun professionele doorontwikkeling. Maar dat is niet het enige. “Het is ook een sociaal congres’, stelt opleidingscoördinator Stan Buis.” Op 20 en 21 maart 2025 is het weer zo ver. Dan komen voor de 23e keer vanuit alle delen van het land deelnemers naar het HGZO-congres, een landelijk congres voor en door docenten en opleiders in het Hoger GezondheidsZorg Onderwijs (HGZO). Dit congres brengt docenten, opleidingscoördinatoren, onderwijsontwikkelaars en andere professionals uit het hoger gezondheidszorgonderwijs samen om actuele ontwikkelingen te verkennen en te bespreken en om kennis en ervaring te delen. Ze wonen lezingen bij en nemen deel aan verschillende workshops of geven er zelf een.
Stan Buis, opleidingscoördinator
Maar dat is niet het hele verhaal. “Naast een plek om kennis te halen en te delen, is het vooral een ontmoetingsplek, meer dan menig ander congres”, vertelt Stan Buis, opleidingscoördinator en masterdocent HGZO. “Veel alumni van Amsterdam UMC Academie keren jaarlijks terug om elkaar te ontmoeten. Menigeen agendeert het congres zelfs als jaarlijks teamuitje met de afdeling, om zo te werken aan verbinding en teambuilding.” Het congres duurt twee dagen en er is bewust veel ruimte ingebouwd voor sociale ontmoetingen, zoals een gezamenlijk diner en andere activiteiten, zodat de onderlinge verbondenheid groeit. Ook buiten de context van het congres weten deelnemers elkaar inmiddels goed te vinden in de LinkedIn-groep ‘Inspiratie voor docenten in het zorgonderwijs en opleiders in de zorg’. Stan: “Daar is inmiddels een fijne community ontstaan van mensen met hart voor de zorg die mooie ontwikkelingen met elkaar delen. Deelnemers kunnen het er hebben over thema's zoals de toenemende flexibilisering in het onderwijs en de gevolgen daarvan voor bijvoorbeeld het gevoel van sense of beloning. De inzichten en ervaringen die mensen dan meekrijgen, nemen ze vervolgens mee in de onderwijspraktijk van alle dag.”